Erasmus wederom plaaggeest voor Fianchetto
Wederom heeft de uitwedstrijd tegen Erasmus 3 voor Fianchetto 2
weinig goeds gebracht.
Vorig seizoen is de wedstrijd niet gespeeld door een dubbele
boeking van de speelzaal en donderdag 25 april leverde het een 4,5-3,5
nederlaag op.
De avond begon nog 'goed': het thuisteam was niet compleet en het
gat op bord 5 betekende voor Youri een avond de andere partijen volgen en na
het verstrijken van één uur een reglementair punt. Vandaar het verslag van andere hand ditmaal.
Rens zijn stukken kwamen te laat op de goeie velden om onder de
witte druk uit te komen in de opening. In een Franse doorschuifvariant
verhinderde de zwarte loper op f5 de bevrijdende en thematische opzet met
Pg8-e7-f5, waarmee de koningsvleugel niet ontwikkeld kon worden. Door ruil van
de c-pionnen was lang rokeren verre van zaligmakend en zodoende bleef de zwarte
koning te lang in het midden wachten op de witte stukken. De verzwakking b6 was
min of meer gedwongen om Pc5 te verhinderen, doordat het op e7 vaststaande
zwarte paard de ruil van Lf8 tegen een wit paard onmogelijk maakte. Wit
infiltreerde en de lange rokade kwam voor Rens te laat door druk op de open
c-lijn, wat groot materiaalverlies betekende.
Bij Ben was er een evenwichtig middenspel ontstaan na een vlotte
ruil van de lichte stukken. De volgende ruil van de dames maakte het voor Ben
mogelijk door te stoten met zijn sterke verbonden pionnen op het midden van het
bord. De frontsoldaten hielden de torens van de tegenstander goed bezig met hun
door de eigen torens ondersteunde opmars. Het positionele voordeel voor Ben
viel aardig weg nadat de tegenstander de gelegenheid had om zijn koning naar
het strijdtoneel te bewegen.
Ruil van pionnen en 1 set torens volgde, waarna Ben nog een klein
voordeeltje had van een verre vrijpion en een remise werd overeengekomen.
Toegegeven, een punt binnenslepen was geen koud kunstje. Echter, de
tegenstander had zeker geen winstkansen, dus nog even proberen leek de moeite
waard. Zeker aangezien de stand op de overige borden over het algemeen niet
heel rooskleurig was.
Bij Cenk was de tot stand gekomen remise een logisch gevolg van
een moeizaam op gang komende partij. De tegenstander had een 'dooie' loper op
c8 en dat leverde Cenk een ontwikkelingsvoorsprong op in de opening. Dit
uitbuiten kon niet zonder risico: de door Cenk op e4 geplaatste pion zou bij
het voor de hand liggende openen van de stelling enigszins kwetsbaar zijn
geworden, hoewel de tegenstander door weinig activiteit de pion zeker niet
onder zware druk had kunnen zetten. Cenk zag van dit plan af en een gesloten
middenspel volgde en resulteerde in een even remiseachtig eindspel.
Kees liet de kaas niet van zijn brood eten en gooide in de opening
vrijwel alle pionnen naar voren. De tegenstander had besloten zijn stelling
compact te houden en met alle stukken op de drie onderste rijen te blijven
afwachten en liet Kees komen. Het verder oprukken van de frontsoldaten van Kees
werd beantwoord met het dichtschuiven van diverse lijnen. Een doorbraak op de
a-lijn was de meest praktische manier om leven in de brouwerij te krijgen. De
tegenstander was Kees voor bij het opvoeren van de druk op de a-lijn, waarna
Kees zijn heil zocht op de koningsvleugel en met een mooi schijnoffer op f7 een
kwaliteit buit maakte. De druk op de verzwakte koningsstelling en onder vuur
liggende zwarte centrum was dermate hoog dat de aanval alleen gestuit kon worden
door het weggeven van materiaal. De zwartspeler had wat compensatie met het
loperpaar en één sterke loper, hetgeen Kees deed besluiten de punten te delen
ondanks dat de koning van de tegenstander op de tocht stond en een van de
zwarte lopers moest worden opgeofferd ter bescherming van de zwarte vorst.
Bij Fred waren de rollen omgedraaid: de tegenstander ging
voortvarend aan de wandel met pionnen op de damevleugel (a4, b4, c4 én d4
was gespeeld) en hoewel Fred geen zwaktes had en principieel had
ontwikkeld, was het wachten totdat de eerste scheuren in de zwarte verdediging
zouden komen. Fred wachtte te lang met een tegenactie in het centrum of op de
damevleugel om zo de witte opmars te beteugelen. De witte pionnen verdrongen de
goed opgestelde zwarte stukken, waarna er een wit paard binnen kon dringen op d6.
Deze 'octopus' kon niet worden uitgeschakeld en de zwarte stukken werkten
vervolgens niet meer goed samen. Wit kon naar hartenlust een koningsaanval
opzetten nu de zwarte stukken op de damevleugel buitenspel stonden. Fred zocht
naar tegenkansen, hield nog knap lang stand en slaagde erin wat tegendruk te
creëren, maar de tegenaanval ontbrak aan stootkracht en de stelling was niet
meer te houden.
Tussendoor was Ad erin geslaagd een gelijk opgaande partij om te
zetten in winst - waar heb je anders topscoorders voor. Een onhandige
openingsopzet van wit bood Ad de kans e5 te spelen met tempo en tegelijk een
sterk pionnencentrum op te bouwen.
De tegenstander kwam snel met een tegenactie in het centrum en Ad
besloot zijn pionnen door te schuiven. Een snelle afwikkeling naar een midden-
dan wel eindspel met een klein plusje zat er niet in en de stelling kwam weer
in evenwicht. De vooruitgeschoven zwarte pion vormde geen bedreiging voor de
witte stelling. Gezien de ongunstige ontwikkelingen op de overige borden bleef
Ad op zoek naar de winst en zoals het een teamcaptain beaamt gaf hij het goede
voorbeeld.
Met een 3,5-3,5 tussenstand zou de beslissing op bord 1 vallen.
Hoewel de vermakelijke partij geen verliezer verdiende, was Guido de
ongelukkige. Met een kleine ontwikkelingsvoorsprong op zak besloot Guido lang
te rokeren, waarmee het verschil in ontwikkeling verder werd vergoot. Hiermee
was er een stelling met tegengestelde rokades op het bord gekomen. Guido had
weliswaar het voordeel had van actiever opgestelde stukken, maar de zwarte
koning stond veilig achter een standaard pionnenschild terwijl de er al een
bres in de witte rokadestelling. De gekozen lange rokade opzet van Guido was
moedig, maar objectief gezien (waarschijnlijk) niet de beste: een
eenvoudige/saaiere opzet met een korte rokade en het uitmelken van het licht
positionele voordeel leek meer voor de hand te liggen. Terug naar de partij:
beide spelers hadden een pionnenstorm gestart en het overwicht aan activiteit
gaf de indruk dat Guido eerder zou zijn. Maar de kwetsbaardere stand van de
witte koning maakte voor zwart meer goed dan gedacht en een toreneindspel met
een kleine materiële achterstand voor Guido volgde, maar een remise leek
haalbaar. Guido had compensatie met een ver opgerukte vrijpion. Hij besloot
voor de winst te gaan in plaats van de gevaarlijkste vrijpion van de
tegenstander te ruilen tegen de eigen dreigende pion. Remise leek dan een
logisch gevolg vanwege een (praktisch nagenoeg) niet te verzilveren dubbelpion.
De nipte nederlaag heeft voor het team geen gevolgen voor promotie
dan wel degradatie.
Voor aanvang van de ronde stond het team al vastgeroest in de
subtop van de poule en een plaats in de middenmoot staat met het 4,5-3,5
verlies met 1 speelronde te gaan al vast.
Op donderdag 30 mei heeft het team nog de kans het RSB-seizoen nog
positief af te sluiten thuis tegen Onemisus 2.
Youri Verlinde
| Rating | | | Rating | |
---|
| Zuurmond, A.C. (Arjen) | 1847 | | Blankenstein, G. (Guido) | 1951 | 1 - 0 |
| Brobbel, J.J.W. (Hans) | 1754 | | Riksen, B. (Ben) | 1838 | ½ - ½ |
| Verhoef, E.R. (Emil) | 1760 | | Ergen, C. (Cenk) | 1821 | ½ - ½ |
| Neef de, K. (Karel) | 1687 | | Veld de, A.T.G.P. (Ad) | 1805 | 0 - 1 |
| NO | 0 | | Verlinde, Y. (Youri) | 1792 | 0R - 1R |
| Boer, G.M. (Gerrit) | 1734 | | Velden van der, R. (Rens) | 1713 | 1 - 0 |
| Mihailescu, L. (Lucian) | 1722 | | Sio, C.F.H. (Kees) | 1845 | ½ - ½ |
| As van, C.J. (Cor) | 1769 | | Gent van, F. (Fred) | 1733 | 1 - 0 |
| Gemiddelde Rating: | 1753 | | Gemiddelde Rating: | 1812 | 4½-3½ |
---|
Geen opmerkingen:
Een reactie posten